vrijdag 5 oktober 2012

Magistraal

Ik geef het niet graag toe, maar het nieuwe Stedelijk, bijgenaamd 'de badkuip', is werkelijk prachtig. Nee, subliem. Onovertroffen. Een Groot Gebaar. Eindelijk! Een museum dat op kan tegen al die prestigeprojecten in Parijs, Barcelona, New York. Wat kan het schelen dat er twintig jaar over gesteggeld is en talloos veel miljoenen in gestoken zijn, als het zo'n resultaat heeft opgeleverd? Amsterdammers klagen altijd overal over, en ik ben onderhand ook een echte Amsterdammer, maar hier valt niks over te klagen.

Het begint al met dat ongelooflijke gevoel van ruimte en licht als je binnenkomt. Nee, eerder, al met dat bevoorrechte gevoel als je onder dat reusachtige afdak staat en je ziet hoe het daarbinnen zoemt en gloeit. De architect, die ik vanwege zijn bloempotkapsel altijd een beetje heb gewantrouwd, heeft zijn Magnum Opus afgeleverd, iets waarvoor hij tot in de eeuwen herdacht zal worden.
Het lijkt afgezaagd, zo'n confrontatie van iets straks en nieuws met een oud gebouw, maar hier is het zo subtiel, stijlvol en liefdevol gedaan, dat ik alleen hulde kan brengen. Je moet echt toegeven dat de oude achtergevel mooier dan ooit schittert binnen het nieuwe gebouw, als een oud lijk van een douarière die door een makeover plotseling weer straalt als een jonge godin. En dat met minimale ingrepen..

De roltrap is magistraal. Er komt geen eind aan de witte zalen, je voelt je in een ruimteschip van Matthew Barney. De kunst is voorbeeldig uitgelicht, en er is zoveel. JA, ik ben flabbergasted. Je krijgt het gevoel dat ze weer geheel actueel zijn bij het Stedelijk, niet eenzijdig, oog hebben voor de hele kunst, van nu en toen. Ze hebben alles, lijkt het. Ineens zie je ook hoeveel het Stedelijk eigenlijk altijd al heeft gehad, en hoeveel er in al die jaren ten onrechte verborgen is gehouden in de depots door de Beerens en Fuchsen van toen. Zoals die boot vol witte fallussen (en twee pumps) van die Japanse kunstenares. Of die reusachtige ballon. Dat paste niet in het saaie, preutse, strakke kader van de mannetjes. Maar de Amerikaanse directrice heeft het allemaal weer opgedolven. En The Beanery is er ook weer. En al die andere bekende stukken waarvoor je vroeger al naar het Stedelijk ging.

Het enige, want ik moet ook wat te zeiken hebben, het enige jammere is dat het nu zo ontzettend chique is dat ik me er, als armoedzaaier, bijna misplaats zou voelen. Zoals dat wonderschone café waarvoor je door een meisje een plaats toegewezen moet krijgen... daar loop je niet zomaar even meer naar binnen met je flesje bier.
Maar daar wennen we wel aan.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten