maandag 10 september 2012

Adam Colton in Slewe

Als een vriend exposeert, moet je dat feit van die vriendschap dan vermelden? Ik vind van wel. Maar gelukkig zijn dat persoonlijke gegeven en het kunstenaarschap in dit geval strikt gescheiden.

Adam Colton ken ik als een zeer empathische, humoristische man die van voetballen houdt, van kunst en literatuur en van Louise. Maar ook als een beeldhouwer die als het over zijn werk gaat transformeert in een man met de compromisloze overgave van een monnik. En iemand die categorisch zwijgt als je begint te vissen naar betekenissen van zijn werk. Toch is het door de titels van zijn sculpturen duidelijk dat dat niet volledig abstract is. 'The sea' herinnert aan een robuuste golf, 'Upsurge' aan een eruptie (van welke aard dan ook), en 'Cliffhanger' - zoals zijn expositie heet in galerie Slewe - is vermoedelijk geen directe vertaling van een natuurlijk verschijnsel, maar duidelijk wel een soort verwijzing naar iets dat in de lucht hangt (en het werk hangt nu ook zo veel mogelijk 'in de lucht', aan de muur van de Amsterdamse galerie.) 'Love Arises from the Foam', de titel van zijn expositie in Boymans in 2009 en van een werk dat hier ook te zien is, roept een heel scala van associaties op, van de Venus van Botticelli tot een overpeinzing over de natuur van zijn eigen werk als beeldhouwer.

Adam, die ook les geeft aan de Rietveld Academie en internationaal bekend is, heeft lang gewerkt in steen, gips en hout. Die vroegere beelden kwamen op mij vaak nogal streng en ongenaakbaar over. Maar sinds een jaar of vijftien heeft hij zich op een bijzonder gemeen chemisch spul gestort, polyeruthaanschuim. Het wordt gebruikt als isolatiemateriaal in de bouw, voor koelkasten en skipistes en allerlei andere industriële toepassingen. Je kunt er alle kanten mee op, van barok tot klassiek. Het ziet er soms hard uit, soms elastisch of bros. Soms lijkt het gips, als het glad is geschuurd meer op wit marmer. En zijn werk lijkt daardoor frivoler en lichter te zijn. Lang heeft Adam er 'blobs' van gemaakt, bobbelige vormen die zich schijnbaar spontaan lijken te hebben gevormd als vreemde gezwellen of het borrelende schuim dat je wel eens op een sloot ziet drijven. De 'blobs' lijken ook wel op monsterlijke wezens die opeens met een slijmspoor en nare geluiden met onverwachte snelheid achter je aan komen zetten, als in een SciFi-film. Maar Adam maakt dus ook 'klassiekere' beeldhouwwerken, zoals het eerder genoemde 'Sea'.

Daarnaast maakt hij tekeningen op papier, of op de donkere wand van galerie Slewe. Sommige lijken een doorsnede van een fossiel of een massief blok steen. Soms zijn het driedimensionale blokvormen die zijn voorzien van een wirwar van lijnen, cijfers en andere markeringen, waardoor duidelijk wordt dat het werktekeningen zijn. Zoals Michelangelo zijn beelden 'bevrijdde' uit marmer, doet Adam dat met zijn creaties uit een blok foam. Zijn werk is bijzonder esthetisch - je hebt voortdurend zin het aan te raken - maar ook vol van betekenis. Maar die geeft hij niet zomaar prijs.

Bij Slewe is zijn werk nog te zien tot 6 oktober.
www.slewe.nl, www.adamcoltonsculpture.blogspot.nl.

(Foto: Adam in pak met twee liefhebbers van zijn werk bij een van zijn tekeningen tijdens de opening.)

zondag 2 september 2012

De dood of de gladiolen

'Preparatio Mortis' heet de voorstelling die in de Nieuwe Kerk te zien is van de nieuwe 'kerkmeester' Jan Fabre. De Belgische uomo universale drukt zich dit keer uit in dans, bewegingstheater - ja wat is het? Een danseres, Lisa May heet ze, erg mooi en bijzonder gracieus met iets fin- of debut du siècle-achtigs, doet er lang over om zich uit een met bloemen overdekt graf los te maken - eerst de hand, dan schokkend van duistere emotie, de rest van het afgetrainde lichaam. Daarvoor heeft het publiek vijf minuten hallucinatoire muziek van orgelcomponist Bernard Foccroule gehoord, wat mooi accordeert met de sombere, bijna intimiderende inrichting van de kerk.
De danseres kronkelt, vreet bloemen op, stopt ze in al haar openingen (althans, dat moet je je verbeelden), rolt door de bloemen, het licht gaat uit, ze zit in een glazen tombe, tekent in spiegelschrift een everzwijn, een ejaculerende piemel, enz. Associaties met Vanitas-stillevens komen op (de bloemen), met Egon Schiele en zijn ook al jong aan de tering gestorven vrouw Edith, de fatale vrouwen van Klimt, Anne Marie de Keersmaecker en andere dansgrootheden... een eclectische voorstelling, zoals dat heet, met veel doods-symboliek en een hoog déja-vu-gehalte. Ik kreeg na een half uur dan ook een houten reet en de wens dat het afgelopen zou zijn.

De recensente van Het Parool, Loes de Fauwe, wist feilloos alle bloemen te determineren, een knappe prestatie. Chrysanten, gerbera's, gipskruid en gladiolen. Waren er geen lelies bij en narcissen, of is het niet het seizoen? Je zou denken, qua symboliek had dat best gekund.
'Je hoeft hier helemaal geen diepe gedachten bij te hebben', schrijft De Fauwe geruststellend. Gelukkig maar. Zoals wel vaker bij Fabre vind ik het gebodene esthetisch bijzonder fraai, maar inhoudelijk balanceren op de rand van de kitsch. Verderop in de kerk zijn een beeld van een harnas met engelenhaar en keverschilden en een tamelijk intrigerende video ('Lancelot') te zien die esthetisch bijzonder verleidelijk zijn maar misschien blijft het daar ook bij. Het is een beetje een gewichtigdoenerig heerschap, die Fabre, maar amuseren doet hij wel altijd met zijn ingenieuze, zeg maar gerust barokke beeldenrijkdom. De vrouw die hem introduceerde, Barbara de Coninck, sprak over zijn 'spectrale verbeelding'. Spookachtig of veelkleurig, het is beide van toepassing. Of heb ik een modewoord gemist en betekent het iets anders?